Raymarine Autopilot – Probleemoplossing voor de foutmelding - Geen aandrijving gedetecteerd

|2/09, 2024

Raymarine Autopilot – Probleemoplossing voor de foutmelding - Geen aandrijving gedetecteerd

Stap-voor-stap handleiding voor het controleren van spanning, bekabeling en aansluitingen bij ACU-, STng- en Drive-by-Wire-systemen.

De foutmelding "Geen aandrijving gedetecteerd" op uw autopilootdisplay kan verschillende oorzaken hebben. Hier zijn de belangrijkste controles die u moet uitvoeren:

  1. Controleer de spanning naar de ACU: Zorg ervoor dat de spanning correct is terwijl de ACU is ingeschakeld en het apparaat van stroom voorziet. Als de spanning daalt tot 11V of lager, kan de ACU resetten en deze fout weergeven. Als de ACU geen hoofdvoeding heeft, wordt de melding ook weergegeven.

    Controleer ACU-voeding

  2. Controleer STng-kabels: Controleer de kabels tussen de ACU en het STng-systeem en de EV-1. Als de communicatie tussen de EV-1 en de ACU wordt onderbroken, wordt het alarm geactiveerd.

    Controleer STng-aansluitingen

  3. Controleer de aansluitingen van de aandrijfmotor: Als de ACU de achterste EMF van de motor niet detecteert, wordt de foutmelding weergegeven. Controleer de kabels van de aandrijfmotor naar de ACU.

    Controleer motoraansluitingen

  4. Drive by Wire-systemen: Als u DBW gebruikt, kan het probleem liggen in de interface tussen de EV-2 (of ECI-100) en de motorinterface. Controleer de busaansluitingen zorgvuldig.

    Controleer DBW-interface

Tips voor probleemoplossing:

  • Zorg ervoor dat alle kabels goed zijn aangesloten en vrij zijn van corrosie.
  • Controleer of het systeem onder belasting correct van stroom wordt voorzien.
  • Controleer bij DBW-systemen of de interface is bijgewerkt en correct is geconfigureerd.

Door deze stappen te volgen, kunt u snel de oorzaak van de foutmelding identificeren en uw autopiloot weer volledig functioneel maken.